Tekst: Sven Vossenberg

Sander Berendsen, innovatiedocent en lerarenopleider, deed onderzoek naar de ervaringen van studenten over het schrijven van reflectieverslagen. Sommige studenten moesten in 10 weken tijd 12 reflectieverslagen inleveren, wat leidde tot uitwisseling onder elkaar en reflectiefrustratie. Het schrijven van een reflectieverslag voelt in veel gevallen als slechts een verplichting en uit onderzoek blijkt ook dat er weinig leeropbrengst uit volgt.

Leer leerlingen om aan de hand van betekenisvolle ervaringen hun eigen verhaal te vertellen. Hierdoor wordt reflectie écht een hefboom voor persoonlijke ontwikkeling.

Leren van Verhalen is de door Sander ontwikkelde methodiek waarmee begeleiders en docenten hun leerlingen en studenten kunnen helpen te reflecteren. Reflecteren wordt vaak verward met evalueren. Betekenisvolle reflectie gaat volgens Berendsen over het terugkijken op ervaringen die er écht toe doen, waaraan een emotie is gekoppeld. Die emotie maakt mensen uniek en zegt iets over henzelf.  Studenten en leerlingen voelen en weten heel goed wat voor hen van betekenis is en waar ze blij, energiek of juist gefrustreerd van worden. Door die ervaringen te delen en te verbinden aan een persoonlijk leerdoel of leervraag, krijgen studenten een dieper inzicht in wat voor hen belangrijk is en kunnen ze gerichter werken aan persoonlijke en professionele ontwikkeling: “Reflectie moet geen verplichting zijn, maar juist een uitnodiging zonder oordeel,” aldus Sander.

Fotograaf: Carlo Stevering

Om betekenisvolle (praktijk)verhalen uit te kunnen wisselen vertrouwen nodig en de keuzevrijheid in het delen en onderzoeken ervan. Dat vraagt om de beschikbaarheid én didactische coachingsvaardigheden van docenten, zoals actief luisteren, het faciliteren van een (doelgerichte) dialoog, inspiratie en het stellen van de juiste (leer)vragen. Een spontane dialoog van 5 minuten kan al tot een verwerking van nieuwe inzichten leiden met een keuze, actie en/of plan tot gevolg.

In het onderwijs zouden we leerlingen en studenten nog meer in contact kunnen brengen met de arbeidsmarkt. Hierdoor krijgen zij de kans en de ruimte om te pionieren, te ontdekken, nieuwe vaardigheden op te doen en nieuwe perspectieven te ontwikkelen. Deze praktijkervaringen of hybride leeromgevingen zijn een voedingsbodem voor betekenisvol reflecteren. Projecten met echte opdrachtgevers uit het werkveld geven de studenten meer relevantie en betekenis. “Bovendien kan het ook voor docenten en begeleiders een bron van inspiratie en informatie zijn waar ook zij veel van kunnen leren” geeft Sander aan.

De methodiek: ’Leren van verhalen’ maakt plagiaatsoftware in het onderwijs overbodig.

Leerlingen in het voortgezet onderwijs hebben vaak nog geen keuze gemaakt over hun verdere studie- of loopbaanpad. Dit in tegenstelling tot studenten op het mbo en hbo. Sander: “De methodiek is een didactische onderlegger voor: ‘De Netwerkplaats’, een initiatief van ROC Graafschap College en Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. De Netwerkplaats is een inspirerende smeltkroes van (startende) ondernemers in de Achterhoek waar studenten en leerlingen (van po tot wo) met interesse in ondernemerschap en techniek worden verbonden aan een netwerk van maakindustriebedrijven, innovatiecentra en onderwijsinstellingen. Dit leerecosysteem is een vliegwiel voor leren.”

In startupomgevingen zit enorm veel creativiteit en innovatief vermogen. Hier worden nieuwe ideeën, verbindingen en verrassende oplossingen geboren.

“Het is belangrijk om met leerlingen in gesprek te blijven om hun interesses en drijfveren boven water te krijgen,” aldus Sander. “Scholen moeten zich niet alleen richten op het overdragen van kennis, maar meer gaan fungeren als ontmoetingsplekken waar leerlingen en studenten in contact staan met de samenleving en het bedrijfsleven.”

Het lemniscaat staat symbool voor het continue proces van leren. Aan de linkerkant van het model kijk je terug op betekenisvolle ervaringen door middel van het verhaal. Aan de rechterkant maak je keuzes, plannen en acties voor de (nabije) toekomst. Het havo/vwo en wo-onderwijs faciliteert het leerproces doorgaans vanuit de cognitieve rechterkant op basis van een roostergestuurd curriculum. Sander: “Er is geen sprake van goed of fout, maar het moet in balans zijn.”

Een mooi streven in gesprekken met leerlingen is om ervoor te zorgen dat jullie er beiden met meer energie uitkomen.

Reflectie kan ook in alternatieve vormen zoals blogs, vlogs, fotoboeken of een polaroidwand met foto’s van betekenisvolle ervaringen. Het bekijken van foto’s stimuleert reflectie en vormt aanknopingspunten voor een goed gesprek.

Tips van Sander
1. Vraag de leerling: “Wat kan je goed? Wat doe je graag? Waar zou je moeite voor willen doen?”
2. Prutsen, proberen en experimenteren is belangrijk voor het creatieve proces.
3. Als onderwijsprofessionals hebben wij een belangrijke invloed op de ontwikkeling van jongeren, vooral met betekenisvolle gesprekken.
4. De decaan kan een ambassadeur zijn van het leren van (zelf)verhalen in de school.
5. De methodiek kun je toepassen op jezelf als individu, als leraar in de eigen leergroep of als inspiratiebron voor leerplanontwerp.

Vergelijkbare berichten