Met de stroom mee? Uitdagingen in het LOB-landschap

vier werknemers van BiOND staan in deuropening

Geschreven door Luuk Staring in opdracht van BiOND Magazine

Op donderdag 3 april 2025 organiseerde BiOND het jaarlijkse congres voor begeleiders in het voortgezet onderwijs en het mbo. Dit jaar was het thema ‘Met de stroom mee?’ In aanloop naar het congres spraken we Niels Zintel (beleidsmedewerker LOB pro/vmbo), Barbara Dresen (beleidsmedewerker LOB havo/vwo), Erik de Ruijter (beleidsmedewerker mbo) en Minette van den Bemd (directeur BiOND). Ze vertellen over de rol van BiOND en de uitdagingen binnen het huidige LOB-landschap.

BiOND is een vakvereniging voor begeleiders in het voortgezet onderwijs en het mbo. Op welke manieren zet BiOND zich in voor haar leden?

Vanuit onze organisatie ondernemen we verschillende activiteiten om de professionaliteit en deskundigheid van begeleiders in het voortgezet onderwijs en het mbo te borgen en verbeteren. Wij vertegenwoordigen de belangen van begeleiders bij alle relevante overheids- en onderwijsorganisaties. We maken ons o.a. sterk voor de positie van decanen en studieloopbaanbegeleiders in het voortgezet onderwijs en het mbo én de invulling van loopbaanontwikkeling en -begeleiding (LOB).

Het is daarnaast onze taak om onze leden op de hoogte te houden van de ontwikkelingen binnen het LOB-landschap. We delen waardevolle publicaties, onderzoeken en artikelen. Mede dankzij de relevante inhoud die we delen, kunnen begeleiders op hun eigen school aan het werk om de volgende stap te zetten. Tot slot organiseren we trainingen die de deskundigheid en professionaliteit van begeleiders vergroten. In de trainingen delen we theoretische kennis en praktische handvatten.

Vanuit het primair onderwijs stroomt er elk jaar een nieuwe lichting leerlingen naar het voortgezet onderwijs. Wat zijn de uitdagingen met betrekking tot de instroom?

BiOND heeft geen leden in het primair onderwijs en richt zich niet op deze groep. Toch krijgen de begeleiders in het voortgezet onderwijs wel te maken met de instroom vanuit het primair onderwijs. Sinds de coronaperiode is er een merkbaar verschil met betrekking tot de instroom, mede doordat kinderen tijdelijk geen onderwijs in een schoolgebouw hebben gevolgd. Dat heeft invloed gehad op de ontwikkeling van deze generatie leerlingen. Om de kansengelijkheid te stimuleren is er landelijk besloten om ruimhartig te adviseren bij de overstap naar het voortgezet onderwijs. Daarbij geldt dat de hoogste score van het voorlopig schooladvies óf de doorstroomtoets leidend is. Het advies wordt dus in alle tijden naar boven bijgesteld.

Inmiddels zien we dat ruimhartig adviseren verschillende consequenties met zich meebrengt. In alle onderwijsrichtingen zitten relatief veel jongeren aan de bovenkant van hun niveau. Hierdoor daalt het algehele niveau van de lessen, dus ook voor de leerlingen die wel op de goede plek zitten.

De gevolgen van ruimhartig adviseren zijn extra voelbaar in het praktijkonderwijs en de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo. Er is daar namelijk een kleinere instroom in vergelijking met periode voorafgaand aan de coronaperiode. Het is voor schoolleiders daardoor lastiger om de formatie rond te krijgen en de kwaliteit van onderwijs te garanderen.

Zijn er ook nog andere ontwikkelingen die de instroom naar het voortgezet onderwijs raakt?

Helaas merken we dat er onder leerlingen en ouders onterecht een negatief imago heerst over vmbo gl-tl. Het komt zelfs voor dat leerlingen koste wat het kost willen voorkomen dat ze op een vmbo-school worden geplaatst. Wanneer een leerling op een school komt waar vmbo gl-tl, havo en vwo wordt aangeboden en toch doorstroomt naar de kaderberoepsgerichte leerweg van het vmbo, heeft dat vervelende gevolgen. Een overstap naar een ander schoolgebouw en een gevoel van falen zijn vaak niet bevorderlijk voor de schoolprestaties. Wanneer jongeren bij de start van het voortgezet onderwijs op de goede plek zitten, kan er onnodig leed worden voorkomen.

In het voortgezet onderwijs starten leerlingen met loopbaanontwikkeling en -begeleiding (LOB). Hoe heeft LOB zich de afgelopen jaren ontwikkeld?

Wanneer je het enigszins versimpeld vertelt, waren er voor de decaan voorheen slechts twee momenten van belang: de profiel- en studiekeuze van leerlingen. Tegenwoordig heeft LOB een plek in het curriculum en komt het tijdens de gehele studieloopbaan terug. LOB heeft zich ontwikkeld tot een middel om jongeren te ondersteunen bij het ontdekken van hun talenten, interesses en ambities om vervolgens een weloverwogen keuze te maken in hun (studie)loopbaan. Dat is geen eenmalige activiteit maar een continu proces, dus ook na de schoolloopbaan. BiOND ondersteunt scholen om LOB een plek te geven in het onderwijs.

Hoe geef je begeleiders op scholen handvatten om LOB een plek te geven?

De vijf loopbaancompetenties spelen daarin een grote rol. De vijf competenties zijn kwaliteitenreflectie, motievenreflectie, werkexploratie, loopbaansturing en netwerken. Het is van belang om leerlingen in kleine stappen kennis te laten maken en te laten oefenen met de loopbaancompetenties. Op deze manier leren ze meer over zichzelf en de wereld om hun heen.

Naarmate jongeren steeds bewuster worden van hun eigen kwaliteiten en motieven én weten welke vervolgstap bij hen past, kunnen ze toewerken naar de profiel- en studiekeuze. Uiteindelijk is de ambitie dat een jongere zich ontwikkelt tot een professional die de regie houdt over zijn eigen loopbaan.

Hoe zorg je er als begeleider voor dat een leerling het LOB-proces goed doorloopt?

Het is voor scholen in het voortgezet onderwijs en het mbo wettelijk verplicht om aandacht te schenken aan LOB. Leerlingen worden er echter niet met een cijfer op beoordeeld. We krijgen regelmatig de terugkoppeling van begeleiders dat het lastig is om LOB te toetsen. Een LOB-afvinklijst geeft namelijk geen uitsluitsel of een leerling voldoende inzicht in zichzelf als toekomstige professional heeft ontwikkeld en weet welke werkzaamheden daarbij passen.

Het is lastig een dergelijk proces te beoordelen en toetsen. De dikte van het loopbaandossier van een leerling zegt namelijk niks over het proces wat is doorlopen. Waarbij de ene leerling na een dag meelopen zijn bestemming heeft gevonden, heeft de andere leerling meerdere studiekeuzetesten doorlopen, open dagen bezocht en praktijkervaring opgedaan maar zijn vervolgstap nog niet gevonden. Het is voor begeleiders soms ingewikkeld dat LOB geen lineair proces met vaste stappen en patronen is.  

Er ligt een grote opdracht voor begeleiders in het voortgezet onderwijs en het mbo

Onthoud dat LOB een voortdurend proces is, dat dus nooit is afgerond. De loopbaancompetenties blijven de gehele (school)loopbaan waardevol. Maak leerlingen door middel van LOB bewust van de eigen ontwikkeling. Het is van belang om te reflecteren op de genomen stappen en daarover het gesprek aan te gaan. Zo kom je een stap verder. Daarnaast is het waardevol voor leerlingen om de rode draad terug te zien in het LOB-programma dat ze doorlopen.

Uiteindelijk maken leerlingen in het voorgezet onderwijs de stap naar het mbo, hbo of de universiteit. Welke uitdagingen zijn er bij de overgang?

Er is in de afgelopen decennia een hoop veranderd. Voorheen was het opleidingsaanbod een stuk beperkter. Ook kozen studenten vaker voor beroepen waar ze bekend mee waren. Ze volgden bijvoorbeeld hun vader in de agrarische sector of moeder in de zorg.

Tegenwoordig zijn er tal van vervolgopleidingen waaruit leerlingen op het voortgezet onderwijs uit kunnen kiezen. Er is zelfs de mogelijkheid om te worden opgeleid voor een beroep dat vijf jaar geleden nog niet bestond. Een diffuus opleidingsaanbod heeft als gevolg dat aanstaande studenten niet helder hebben wat de studie inhoudt of welk beroep ze ermee uit kunnen oefenen. Dat is een ontwikkeling die we in alle onderwijsrichtingen terugzien.

Ter voorbereiding op het vervolgonderwijs is het niet alleen van belang om kennis te vergaren, maar ook om bepaalde vaardigheden te ontwikkelen. De afgelopen jaren merken we op dat studenten in het hoger onderwijs minder vaardig zijn met betrekking tot de academische vaardigheden. Denk aan kritisch denken, onderzoeken en schriftelijke en mondelinge communicatie.

Hoe kunnen de hobbels tussen alle stromingen worden verbeterd?

BiOND heeft verstand van het niemandsland wat het overstapgebied is. Als organisatie faciliteren we ontmoetingen tussen alle onderwijsrichtingen met als doel om drempels bij de overstap weg te nemen. We pleiten dan ook voor meer (regionale) samenwerking tussen alle onderwijsinstellingen en -richtingen. Ook op het BiOND Congres maken we hier ruimte voor.

Er zijn dus een aantal uitdagingen voor begeleiders in het onderwijs. Hoe kijken jullie naar de toekomst?

Er ligt een grote opdracht voor begeleiders in het voortgezet onderwijs en het mbo. Ondanks de complexe uitdagingen die voor ons liggen, geloven we erin dat LOB de sleutel is om leerlingen en studenten voor te bereiden om hun plek te vinden in de maatschappij. Daar blijven we ons voor inzetten.

Vergelijkbare berichten

  • Passend en inclusief onderwijs, daar zijn regels voor

    Geschreven door Titia Tijmstra in opdracht van BiOND Magazine Iedere onderwijsprofessional heeft sinds 2014 te maken met passend onderwijs. En de ontwikkelingen gaan door. In 2035 is het de bedoeling dat de meeste scholen de overgang naar inclusief onderwijs hebben gemaakt. Als leerlingbegeleider werk je volgens de wet- en regelgeving voor passend en inclusiever onderwijs….

  • Techniektwijfels rondom keuzemomenten op havo en vwo

    Tekst: Marieke Tjang-Monterie & Minette van den Bemd Steeds minder jongeren kiezen voor een technisch profiel. Recent zijn twee onderzoeken gedaan, één over specifiek de profielkeuze en één over zowel profielkeuze als studiekeuze. In dit artikel belichten we beide onderzoeken en bespreken we de aanbevelingen. Techniektwijfels bij profielkeuze Drie grote uitdagingen vallen op in beide…

  • Iemand kan groeien

    Tekst: Lisette Blankestijn, foto: Cora Hendriks Louise Elffers is geen kamergeleerde, maar een academicus met impact. Ze is lector Kansrijke Schoolloopbanen in een Diverse Stad aan de Hogeschool van Amsterdam, onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam én directeur van het Kenniscentrum Ongelijkheid. Journalist Lisette Blankestijn sprak met haar over haar nieuwste boek Onderwijs maakt het…

  • Samen bouwen aan LOB

    Geschreven door Gert-Jan van den Bemd in opdracht van BiOND Magazine Hoe zorg je ervoor dat meer mensen binnen jouw school zich eigenaar van loopbaanontwikkeling en begeleiding (LOB) gaan voelen? Martine Buijsen is trainer bij de BiOND Academie en oprichter van LOB123. Zij geeft onder andere de training Samen bouwen aan LOB. “Bij een eerstelijns…

  • Thuiszittersaanpak is maatwerk

    Tekst: Gert-Jan van den Bemd De stad Utrecht probeert het aantal jongeren dat langdurig wegblijft van school terug te dringen door de inzet van een kernpartnerteam. Aan de hand van de Routekaart ‘thuiszitten samen oplossen’ wordt gewerkt aan een duurzame oplossing. Sanne Benschop is gezinswerker bij het Buurtteam in Utrecht en lid van het kernpartnerteam…