Gesprek met Dilly Japenga en Annefrouk Bilker
Tekst: Myrthe Meester, foto: A. Fenthur
Als leerlingbegeleider word je soms geconfronteerd met heftige situaties, van seksueel misbruik tot zelfmoordgedachten. Hoe laat je die verhalen na werktijd los, zodat je niet blijft piekeren en er ’s nachts van wakker ligt? Ondersteuningscoördinator Dilly Japenga en begeleider passend onderwijs Annefrouk Bilker van csg Bogerman uit Sneek vertellen over het belang van praten, mentaal opladen en het begrenzen van je verantwoordelijkheid.
“Als je in de leerlingondersteuning zit en dat lang wilt volhouden, is het essentieel om zelf in balans te blijven”, vertelt Dilly. Zij kan het weten: ze is al meer dan twintig jaar werkzaam als algemeen ondersteuningscoördinator op de christelijke scholengemeenschap Bogerman in Sneek. Daarbij stuurt ze leerlingondersteuners aan, maar wordt ze ook rechtstreeks betrokken bij complexe casussen, van anorexia tot suïcide. Hoe heeft zij zichzelf al die jaren in balans gehouden?
Eenzaam bestaan
“Het is heel belangrijk dat je niet alleen voor anderen zorgt, maar ook zélf iemand hebt om mee te praten”, zegt Dilly. “Ik heb dat gelukkig altijd thuis kunnen doen, met mijn partner. Ik gooi niet de casus van een leerling helemaal open, maar ik vertel waar ik tegenaan loop, waar ik mee zit. Zo schend ik niet de geheimhoudingsplicht, want in feite gaat het over mij.” Ook bij haar collega Annefrouk Bilker (begeleider passend onderwijs havo/vwo en docent Zorg en Welzijn) kan Dilly haar verhaal kwijt. Dat vindt ze heel waardevol, omdat haar positie als zorgcoördinator soms “best eenzaam” is. “Ik draag medeverantwoordelijkheid voor het emotionele welbevinden van mijn collega’s, maar dat geldt niet andersom. Dus als ik leerlingbegeleiders vraag hoe het ermee gaat, wordt die vraag normaal gesproken niet aan mij teruggesteld.” Maar Annefrouk, met wie ze een heel goede klik heeft, doet dat wél. “Ik denk dat wij met z’n tweeën over elk onderwerp kunnen praten.”
Onrustig slapen
Annefrouk, die pas sinds anderhalf jaar begeleider passend onderwijs is, noemt Dilly haar ‘critical friend‘ (een vertrouwenspersoon die opbouwende feedback geeft), van wie ze heel veel heeft geleerd. Bijvoorbeeld over het omgaan met leerlingen die aan zelfmoord denken. “Best veel leerlingen lopen rond met zulke gedachten”, vertelt Annefrouk. “Ik schrik daar niet eens meer van, al moet je het natuurlijk in de gaten houden.” Door veel over het onderwerp te lezen en te praten, ontdekte ze dat je pas écht alarm moet slaan als een leerling alles tot in detail heeft uitgedacht. “Ik heb eens meegemaakt dat een leerling zelfs al pillen had besteld. Het was niet duidelijk of die op dat moment al bezorgd waren.” Annefrouk schakelde meteen hulp in, maar sliep die nacht toch heel onrustig. De volgende ochtend belde ze meteen met Dilly om te vragen of de jongen wel op school was gearriveerd. “Hij is er nog”, kon die haar geruststellen.
Begrenzen
Om de verantwoordelijkheid voor een ernstige situatie niet in je eentje te hoeven dragen, maar met anderen te kunnen delen (bijvoorbeeld collega’s, de ouders of meldpunt Veilig Thuis), vindt Dilly het belangrijk om leerlingen nooit te beloven dat je hun verhaal voor jezelf zult houden. “Soms zegt een leerling: ‘Ik wil je iets vertellen, maar daar mag je met niemand anders over praten’. Ik leg dan uit: ‘Als jij ergens zó erg mee zit dat je erover wilt praten, kun je je misschien voorstellen dat je verhaal ook voor mij heftig is om te horen, en dat ik er ook met iemand over moet praten. Maar ik zal het jou altijd vertellen als dat het geval is.’ Vaak begrijpen leerlingen dat wel en stemmen ze er uiteindelijk mee in.” Op die manier voorkom je dat je als begeleider voor een moreel dilemma komt te staan: óf je belofte houden en in je eentje met een loodzware verantwoordelijkheid rondlopen, óf je belofte breken, toch externe hulp inschakelen en daarmee het vertrouwen van de leerling schenden. Het is beter om je verantwoordelijkheid meteen te begrenzen en daarover duidelijk tegenover de leerling te zijn.
Opladen
Behalve praten en begrenzen is ook opladen cruciaal om in balans te blijven. “Elke vrijdag ben ik vrij”, vertelt Annefrouk. “Dat noem ik mijn hersteldag. Dan doe ik niet zo veel, praat ik niet zo veel en zit ik heel erg in mijn eigen wereld. Ik ben dan de week aan het verwerken. In de loop van de dag komt er nieuwe energie vrij, zodat ik opgeladen het weekend in kan gaan. Dat is mijn stukje zelfzorg.”